Prvk8502 2

Arme Amalia

Deze column is gepubliceerd in Weekend nummer 5

Ik ga niet klagen. Als ik zie hoe het weer in Nederland is, ben ik best blij dat ik nu in een ander stukje van ons koninkrijk ben. In het Caribische deel, waar koning Willem-Alexander en koningin Máxima hun oudste dochter Amalia voorstellen aan de zes eilanden.

Door Rick Evers

Het zijn lange dagen. Als de koninklijke bezoekers om negen uur starten, staan wij al een uur in de brandende zon óf in een tropisch buitje te wachten. En als de Oranjes zo tegen negenen in de avond naar hun hotel gaan, is ons werk nog niet klaar. Restauranteigenaren zullen vast van binnen weleens vloeken als ik met wat collega’s op dat tijdstip nog binnenkom en de grootste tafel bezet. De laptops komen op tafel, tijdens het eten worden er verhalen getikt, foto’s bewerkt en video’s naar Nederland verstuurd, terwijl er happen naar binnen worden gewerkt. Ongezellig? We hebben het, ondanks de concurrentie, ook echt wel gezellig met elkaar. Er wordt gelachen, er worden grappen gemaakt, oeverloos geklaagd over wat er tegenviel en daarna duiken we vaak nog met de laptop in bed, omdat het werk niet gauw klaar is.

De fout die ik laatst maakte, was op Twitter de reacties lezen op de foto’s en video’s die ik van het bezoek had geplaatst. ’Uitvreters’ worden de Oranjes genoemd. In ’eigen land’ heeft iedereen het moeilijk en ’hoe durven zij’ dan naar de Cariben af te reizen ’van ons geld’, terwijl in Nederland steeds meer mensen naar de voedselbank moeten. ’Graaiers!’ Wat misschien wordt vergeten: Willem-Alexander is naast Nederland ook in de Cariben koning van drie landen: Aruba, Curaçao en Sint Maarten. Hij is net zozeer de koning van de bevolking op de eilanden als van ons. En Amalia is hún prinses. Ze is een grote favoriet hier: borden verwelkomen vooral haar. Vooral jonge mensen zien haar als ’de toekomst’.

Gedoe rond de Oranjes in coronatijd? Daar hebben ze weinig tot niets van meegekregen. De Oranjes, zo voelen ze het, zijn er altijd voor hen. Is er een ramp? Dan komen ze. Denk aan de orkanen. De situatie rondom armoede is hier op de eilanden niet te vergelijken met die in Nederland aan de Noordzee. Op de voormalige Antillen is het minder goed geregeld. En men is – terecht – óók boos op de Nederlandse regering en politiek. Maar niet op de Oranjes. Hier begrijpen ze dat zij er niet voor verantwoordelijk zijn. Ze begrijpen dat de Oranjes hun best doen om er voor hen te zijn en te helpen waar ze kunnen. De koning heeft korte lijntjes met de premier en de ministers en zal de problemen geregeld bespreekbaar maken. Maar de boze twitterende Nederlander vanaf een dure iPhone of laptop kiest ervoor om de Oranjes als doelwit te hebben.

Kwalijker nog is dat ook Amalia een doelwit is. Veelal anonieme Nederlanders klagen erop los. Over haar kledingkeuze bijvoorbeeld. Dat is nog tot daaraantoe, maar het gaat stukken verder. De meeste opmerkingen gaan over haar uiterlijk. De anonieme twitteraars speculeren erop los over het aantal vliegtuigstoelen dat de prinses nodig zou hebben bijvoorbeeld. Of het vliegtuig wel kon opstijgen met haar aan boord. Ik word er boos en verdrietig van. Het antwoord van een twitterende republikein spookt door mijn hoofd. Moeten we haar dit wel aandoen? Amalia pakt er steeds voor autoritjes haar telefoon bij. Hopelijk appt ze gezellig met vriendinnen en stuurt ze puberale selfies en leest ze vooral niet alle reacties op sociale media.

Beeld: Patrick van Katwijk

Deze column is gepubliceerd in Weekend nummer 5. Dit nummer bestellen kan hier. Liever online lezen? Klik dan hier