Leonardo zocht zijn eigen grenzen

Leonardo DiCaprio heeft met zijn laatste filmrol in The Wolf of Wall Street zijn eigen grenzen opgezocht. De kritiek die de acteur en regisseur Martin Scorsese krijgen, wijst hij van de hand. "Sommige fragmenten vond ik zelf ook walgelijk en moeilijk om te doen", vertelt hij.

"Bekijk de orgie aan boord van de 747 eens heel nauwgezet. Dan zie je dat iedereen helemaal losgaat. Ik voel mijn neus nog nabranden van het babypoeder dat ik opsnoof. Maar het is nooit onze bedoeling geweest om dit te verheerlijken. Of om het af te wijzen. We vellen geen oordeel. We laten zien hoe het was. Zonder een tefallaagje of zonder bijgevoegde excuses", aldus de acteur in het AD.

Leonardo speelt de rol van Jordan Belfort, een frauduleuze beursmakelaar die beleggers willens en wetens in de financiële afgrond stort en daar zelf alleen maar beter van wordt. De 39-jarige acteur vertelt dat hij verhalen met narcistische, harde personen interessant vindt. "Hebzucht, de drang tot zelfvernietiging, egoïsme. Het zit in ons allemaal."

DiCaprio zegt dat hij ook overeenkomsten ziet tussen hemzelf en Belfort. "Ik wist voor mijn tiende dat ik acteur wilde worden", aldus Leonardo. "En al op heel jonge leeftijd kreeg ik te maken met allerlei dilemma’s en keuzes die ook fout hadden kunnen uitpakken. Verdovende middelen, drank, vrouwen. Roem en geld kunnen je direct dat pad op leiden. En ik heb een deel van die kermisattractie inderdaad ervaren." Toch heeft de acteur naar eigen zeggen nooit volledig de foute afslag genomen. "Ik wist: dat is niets voor mij omdat ik dat ene doel had, een groot acteur worden. Mooie films maken."