Stage sleept muzikant voor rechter

Theaterproducent Stage Entertainment wil via de rechter het ontslag van een muzikant afdwingen waar het bedrijf al 22 jaar mee samenwerkt.

De pianist, die meewerkte aan successen als Chicago, The Lion King en The Bodyguard, wil in dienst blijven of eist een hogere financiële vergoeding als hij toch uit dienst moet.

De man heeft sinds een aantal jaar een vast contract. Hij kreeg na een auditie opeens te horen dat hij ‘groove' zou missen. Het UWV stemde niet in met het ontslag dat Stage had aangevraagd voor de man.

De zaak diende vorige week voor de rechtbank Den Haag. Het is niet de eerste rechtszaak over dit onderwerp waar Stage Entertainment in verwikkeld is. Er loopt al maanden een zaak die twaalf werknemers aanspanden vanwege niet-betaalde overuren. De zaak werd deels geschikt.

Volgens bestuurder Pepijn ten Kate van de Kunstenbond is het bijzonder dat Stage naar de rechter stapt. 'In veel van soortgelijke gevallen worden ontevreden medewerkers afgekocht met een bedrag en een clausule dat ze er niet over uit de school mogen klappen', stelt hij. Volgens de Kunstenbond werkte Stage in het verleden veelal met tijdelijke contracten. Maar sinds de wet voorschrijft mensen na een aantal tijdelijke aanstellingen in dienst te nemen, zou Stage steeds vaker afscheid hebben genomen van vaste medewerkers.

'Het bedrijf heeft een monopolie in musicalland', stelt Ten Kate. 'Er is relatief weinig werk en mensen die tegenstribbelen, krijgen te horen dat er voor hen tien anderen in de rij staan'. Volgens de Kunstenbond is dit erger geworden sinds Stage in 2015 in zee ging met durfinvesteerder CVC Capital Partners: 'Soms zijn bezuinigingen niet te voorkomen. Maar je moet wel netjes met je medewerkers omgaan en kan ze niet na 22 jaar dienst met kulargumenten de laan uitsturen'.

De rechtbank doet uitspraak op 1 maart.