Carice: ‘Het is definitief over…’

Lange tijd hoopte Carice van Houten nog op een verzoening met haar ex-vriend Sebastiaan Koch, maar deze hoop is nu voorgoed vervlogen.

Toen Carice van Houten in het programma Zomergasten bekendmaakte dat haar relatie met de Duitse acteur Sebastiaan Koch voorbij was voegdeze daar gelijk aan toe dat de kans groot was dat ze weer bij elkaar zoudenkomen. “Ja, ik weet dat ik toen gezegd heb dat het misschien alleen maartijdelijk uit was. Ik denk dat ik dat mezelf heb voorgehouden, om aan hetidee  te wennen dat het over wastussen Sebastiaan en mij. Maar het is nu wel definitief uit tussen ons, kan ikje zeggen. Natuurlijk heb ik er veel verdriet van gehad, maar zoiets komt overhet algemeen niet uit de lucht vallen, dus ik liep er al een tijdje mee rond.”                     

Carice is niet echt bezig met het vinden van een nieuwe partner.Veel liever steekt ze wat meer energie in haar sociale leven. “Het geluk vindik nu bij mijn vrienden. Gelukkig heb ik een aantal lieve mensen om me heen,met wie ik heerlijk kan borrelen of andere gezellige dingen doen. Daarnaast ishet met werk op dit moment razend druk, dus dat leidt ook lekker af.”

Door haar drukke schema heeft Carice tot haar eigen spijtmaar weinig tijd voor de man in haar leven van wie ze zielsveel houdt: dekleine Walt! Het zoontje van zuslief Jelka maakte Carice voor het eerst tante,wat voor haar ook het nodige deed veranderen. “Ik heb het idee dat ik watgevoeliger ben geworden sinds ik tante ben, maar het zou ook kunnen dat hetgewoon komt door het ouder worden. Dat weet ik niet helemaal zeker. Maar ik zieWalt veel te weinig, want ik ben dol op die kleine!”

Een tijd geleden vertelde Carice in Weekend dat ze integenstelling tot veel van haar leeftijdgenoten nog niet echt moedergevoelensheeft. Dat was echter nog voor de geboorte van neefje Walt. Heeft zijn komstvoor verandering gezorgd? “Zoalsik je toen zei, is het inderdaad zo dat als ik dat soort gevoelens heb, ze opeen gegeven moment weer wegebben. Dat is weliswaar nog zo, maar het duurtsteeds langer voordat  ze weer wegzijn. Ach, laat ik het maar gewoon zeggen:  ik hoop toch eigenlijk wel dat het me ooit gegeven is…”