Column Marcvanderlinden

Column Marc van der Linden – De anderhalf miljoen van Amalia

Een aantal partijen heeft aangekondigd dat er opnieuw moet worden gekeken naar de toelage die prinses Amalia vanaf haar achttiende krijgt. Zoals het er nu voorstaat, krijgt de oudste dochter van de koning vanaf haar achttiende zo’n anderhalf miljoen euro per jaar. Een enorm bedrag. Het is echter geen salaris. Slechts een vijfde deel van dat bedrag, bijna een kwart miljoen, is voor Amalia zelf. Het overige deel is voor onkosten en personeel. Het lijkt wat overdreven voor een meisje dat dan waarschijnlijk nog in een studentenhuis woont en nauwelijks representatieve verplichtingen heeft. Maar in de grondwet staat nu eenmaal dat de toekomstige koning(in) vanaf de achttiende verjaardag recht heeft op zo’n bedrag. En de grondwet verander je niet zomaar. Daar moet allereerst een tweederde meerderheid voor zijn in zowel de Eerste als de Tweede Kamer. Dan moeten er nieuwe verkiezingen komen en de nieuwe Tweede Kamer moet het dan nog eens bevestigen. Daarna pas is zo’n wijziging te realiseren.

Ik heb wel een idee waarom de troonopvolger zo’n groot bedrag krijgt. Toen het Financieel Statuut Koninklijk Huis van kracht werd, was prinses Beatrix 34 jaar, getrouwd en had ze drie zonen. Er werd voor het staatshoofd en diens partner en het vermoedelijke toekomstige staatshoofd en diens partner een toelage samengesteld uit drie factoren. Een deel privé-inkomen, een deel vergoeding van kosten (waarvoor bonnetjes overlegd moeten worden) en een deel dat bedoeld was om eigen ’personeel’ in te huren. De toekomstige opvolger was in die tijd Beatrix, die in haar eigen kasteel woonde, drie zoons had en fulltime bezig was met werken voor de monarchie. Ze had flink wat personeel, die ze uit haar toelage betaalde. Die toelage van 1972 is de basis geworden van wat haar kleindochter straks vanaf de dag dat ze achttien wordt zal krijgen. Zoals uw salaris sinds 1972 flink is gestegen, steeg de toelage van de troonopvolger mee. Alleen gaat het waarschijnlijk om andere bedragen. Maar in feite is het dus een toelage van een vrouw in een heel andere situatie dan een meisje van achttien jaar.

Het steekt veel Nederlanders – zeker in tijden dat veel mensen het financieel zwaar hebben – dat een meisje van achttien dat nog nooit echt heeft gewerkt en dat waarschijnlijk ook jarenlang niet gaat doen, toch jaarlijks anderhalf miljoen ’krijgt’. Het is inderdaad een enorm bedrag, helemaal als je bedenkt dat ze eerst nog gaat studeren. En misschien ook nog wel een jaartje in het buitenland wil gaan wonen, als een soort sabbatical om ook eens in een maatschappij te leven waar niemand haar kent. Het vreemde van de regeling uit 1972 is dat ze het totale bedrag hoe dan ook krijgt, ook al heeft ze nog geen eigen personeel en maakt ze nauwelijks kosten. Die bedragen mogen gespaard worden, zo lichtte premier Lubbers in 1984 aan de Tweede Kamer toe. Toen was er commotie over het feit dat de destijds 18-jarige kroonprins Willem-Alexander een bedrag van 900.000 GULDEN, zo’n 400.000 euro, per jaar zou krijgen. Het sparen was nodig, aldus Lubbers, want er zouden ook jaren komen dat hij niet met zijn toelage voor dat jaar zou uitkomen en dan kon hij putten uit reserves. Het geld, zo werd verzekerd, zou echter nooit in zijn zakken kunnen belanden, want het moest, vroeg of laat, wel verantwoord worden. Nu de toelage van Amalia bij de begroting van 2021 is meegenomen en op Prinsjesdag 2020 gepresenteerd zal worden, kan iedereen de verbijstering en discussies in de media, bij het publiek en dus ook in de Kamer al voorspellen. Maar in de 36 jaar tussen de discussie over het inkomen van Willem-Alexander en dat van Amalia, deed de politiek niets…