Column Marcvanderlinden

Column: Marc van der Linden

Lintjesregen in het buitenland

Veel mensen beschouwen het als een van de mooiste momenten in hun leven: de dag waarop ze een koninklijke onderscheiding krijgen uitgereikt. En nog altijd denken veel mensen dat de onderscheiding rechtstreeks van de koning of koningin is gekomen. Dat is niet zo, want het is uiteindelijk de minister die het bepaalt, maar het heeft de koning of de koningin wel behaagd. Vandaar dus dat de burgemeester die de lintjes uitreikt dat ook meestal zegt. Een lintje kun je krijgen door geruime tijd dingen te doen die buitengewoon zijn en waarvoor extra inzet is getoond. Veertig jaar bij dezelfde baas is dus niet voldoende. Vervolgens wordt gekeken naar de uitstraling van dat werk. Is iemand vooral lokaal bezig geweest, dan wordt hij of zij meestal Lid in de Orde van Oranje-Nassau. Iemand die zich heeft ingezet voor landelijke zaken wordt meestal ridder. Het aanvragen van zo’n koninklijke onderscheiding is gemakkelijker dan de meeste mensen denken, maar het vraagt wel wat werk. Kijk daarvoor eens op www.lintjes.nl.
Nederlanders moeten dus hard werken om een lintje te kunnen krijgen, maar bij staatsbezoeken wordt gestrooid met deze onderscheidingen. Dat is nu eenmaal gebruik geworden en vaak gaat het dan ook nog om zeer hoge onderscheidingen. Zo werd de persvoorlichter van koning Albert van België Commandeur in de Orde van Oranje-Nassau omdat hij de media drie dagen (!) had begeleid tijdens het staatsbezoek. Ik snap het belang van deze uitwisselingen en het hoort er nu eenmaal bij, maar het blijft een beetje wrang dat in het buitenland soms zo gemakkelijk onderscheidingen worden verleend die in Nederland pas na decennialang goed werk kunnen worden bemachtigd.
Bij bezoeken aan andere monarchieën is het zelfs gebruikelijk om zo’n beetje alle leden van de koninklijke familie van het land dat bezocht wordt tot ridder te benoemen. Om te voorkomen dat die ook allemaal de hoogste onderscheidingen van ons land zouden krijgen, is er een oplossing gevonden. Koningin Juliana stelde in 1969 de Kroonorde in en deze wordt uitgereikt aan ’vreemdelingen die bijzondere diensten jegens het Koninklijk Huis hebben bewezen.’ Waar de Orde van Oranje-Nassau en de Orde van de Nederlandse Leeuw alleen via een min of meer democratische procedure en met toestemming van de minister kunnen worden verleend, kan het staatshoofd zelf bepalen wie de Kroonorde krijgt. Het lijstje van ontvangers van deze orde is bont: van prins Laurent van België tot en met leden van de koninklijke familie van Brunei. Maar omdat de orde zelden aan gewone stervelingen wordt uitgereikt, is hij zeer exclusief.