Toprak Yalçiner vraagt advies van schoonmoeder

Toprak Yalçiner is blij dat de opnames van de nieuwe ziekenhuisserie Centraal Medisch Centrum (CMC) nog niet voorbij zijn. ‘’Nog een paar weken filmen en dan zijn we klaar. Ik vind het fijn dat de draaiperiode nog niet is afgelopen. De sfeer op de set, met de mensen die de serie maken, dat gevoel wil ik nog niet loslaten’’, vertelt Toprak.

In CMC, ieder zondagavond op RTL4, speelt Toprak Yalçiner de rol van Dilem Yildiz. “Ze is de hoofdverpleegkundige in het CMC, heeft een zoontje van zes en werkt hard en veel’’, vertelt Toprak over haar personage. ‘’Ze maakt de roosters en is verantwoordelijk voor het contact met de specialisten.”

Toprak zag de eerste aflevering vorige week op de bank met haar vriend en vriendinnen. ‘’Na de introductieaflevering gaven zij aan dat ze CMC wel zien als een nieuw verslavinkje. Een eerste aflevering is altijd spannend. Hoeveel wordt er gekeken en hoe wordt het ontvangen? Maar we zijn supertrots dat de eerste aflevering anderhalf miljoen kijkers trok. Ik ben vooral blij voor de makers, want het is best moeilijk iets nieuws voor televisie te bedenken.”

De voormalig GTST-actrice, die eerder dit jaar in de bioscoopfilm Rokjesdag van Johan Nijenhuis was te zien, is erg blij met haar rol in de ziekenhuisserie. Ze begeeft zich in een sterrencast met Victor Löw, Renée Soutendijk, Ricky Koole, Vincent Croiset, Victoria Koblenko en Robert de Hoog. ‘’Het is een fijne cast om deel van uit te mogen maken, met niet de minste namen. Ik vind het top dat ik met mensen mag spelen die ik bewonder.”

Met Lieke van Lexmond, die in CMC de rol van verpleegkundige Noor Damen speelt, bereidde Toprak zich voor op de opnames. “Lieke en ik hebben een dag meegelopen met een verpleegkundige in een ziekenhuis in Amsterdam. Aan haar mochten we vragen stellen. Mijn schoonmoeder is ook verpleegster. Ik bel haar weleens om te vragen wat de betekenis is van medische termen die ik in het script tegenkom. Dat is heel fijn om zulke dingen te vragen aan mensen die dichtbij je staan.”